Koeldrogen

In de te drogen ruimte wordt een verdamper opgehangen, voorzien van toerengeregelde ventilatoren. Het koelblok in de verdamper zorgt voor ontvochtiging door condensvorming op de pijpen en lamellen. Dit condens wordt afgevoerd en de aan de ruimte onttrokken warmte wordt meteen weer in de luchtstroom teruggebracht in het voorgebouwde condensorblok. Overtollige warmte wordt via een buitencondensor afgevoerd.

Met deze opstelling ontstaat een drooginstallatie met volledige temperatuur-beheersing en een lage energiebehoefte. Koeldrogen kan ook via de luchtbehandelingskast (LBK) worden toegepast of via een mobiele installatie.